Rechte hoek bepalen

De meesten onder u zullen wel een winkelhaak kennen.   Handig als je ergens op een plank een rechte hoek moet aftekenen.

Maar wat doe je als je een een rechte hoek van iets groot wil bepalen ?  Een terraske, de funderingen van een huis, …  Dan kan je de drie-vier-vijf-regel gebruiken (of ook de Stelling van Pythagoras genoemd).

A = de kleine rechthoekszijde

B = de grote rechthoekszijde

C = de schuine zijde

Als je dus een stuk afmeet van 3 m als A, 4 m als B, dan moet C 5 m zijn (indien niet, dan moet je de hoek van de B zijde wat vergroten of verkleinen tot het uitkomt).  Deze getallen zijn makkelijk te onthouden.

De Stelling van Pythagoras zegt : A2 + B2 = C2 (in het voorbeeld : 9 + 16 = 25)

Een ander trucje is de diagonalen te meten (gele lijnen C en D).  Als die gelijk zijn in lengte, dan heb je 4 rechte hoeken, als ze niet gelijk zijn in lengte, dan heb je pech !

Leave a Comment

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.